Inleefoefening slavernij in de vroegmoderne tijd

1. Welk doel streef je na?

Leerlingen onderzoeken via aangereikte bronnen oorzaken, werking en gevolgen van de transatlantische slavenhandel in de vroegmoderne tijd.

Leerlingen leven zich in een van de spelers van de vroegmoderne slavenhandel in via aangereikte bronnen.

Leerlingen ontdekken de invloed van de standplaatsgebondenheid van de verschillende partijen op hoe zij naar de vroegmoderne slavenhandel keken.

 


2. Over welk thema of onderwerp gaat de les?

Dit lesmateriaal werd ontwikkeld door Lynn Groven in de context van haar laatstejaarsstage in Sint-Cordula Schoten. De les werd gegeven in een 4e jaar TSO en past binnen een lessenreeks over de ontdekkingsreizen en kolonisatie van de ‘nieuwe wereld’. Daarbij maakte zij gebruik van het volgende leerwerkboek: Goris, G., Lindemans, R. et. al. (2019). Storia Live 4 TSO. Leerwerkboek. Wommelgem: Uitgeverij Van In.


3. Aan welke deelcomponent(en) van historisch denken wordt er gewerkt tijdens de les(fase)?


4. Hoe bouw je de lesfase op?

Deze les is gefocust op de slavenhandel waarbij leerlingen vanuit een concreet perspectief oorzaken, werking en/of gevolgen van de transatlantische slavenhandel onderzoeken en zich vanuit de aangereikte lesmaterialen proberen in te leven in die rol.

Stap 1: leerlingen krijgen bronnen en bijhorende richtvragen om een van volgende drie perspectieven op de slavenhandel te onderzoeken: inheemse bewoner van Afrika, inheemse bewoner van Amerika, slavenhandelaar uit Europa. Ze krijgen ruim de tijd in de les om de aangereikte bronnen te bestuderen en de bijhorende richtvragen voor te bereiden. Hierbij kan je ervoor kiezen leerlingen dit individueel, in duo of in groep te laten uitvoeren.

Stap 2: de leraar kiest van elk perspectief een leerling uit die vooraan in de klas plaatsneemt om onder leiding van de leraar (of een leerling die daarop voorbereid werd) deel te nemen aan een interview in de stijl van ‘Terzake’ of ‘De Afspraak’. Elk van de leerlingen blijft gedurende het interview in zijn/haar rol en beantwoordt vragen vanuit die rol.

Stap 3: na het interview komt de leraar samen met de leerlingen tot een besluit over de oorzaken, werking en gevolgen van de transatlantische slavenhandel in de vroegmoderne tijd met behulp van het bordschema uit het leerwerkboek. Daarbij wordt de invloed van het perspectief van elk van de geïnterviewden en hun standplaatsgebondenheid benadrukt.


5. Waarom werk je zo aan Historisch denken?

In historische context plaatsen: hoofddoel van deze les is leerlingen te laten inleven in een specifieke rol uit het verleden, waardoor zij het belang van standplaatsgebondenheid ondervinden op de manier waarop iemand vanuit zijn/haar concrete rol naar de situatie in het verleden kijkt. Via het aanreiken van historische inhouden vanuit de bronnen en bijhorende inleving is dit vooral een oefening op in de historische context plaatsen.

Historische bronnen onderzoeken: doordat leerlingen hun rol ontdekken vanuit aangereikte historische bronnen vormt deze les ook een oefening in historische bronnen onderzoeken, waarbij leerlingen vooral informatie uit de bronnen verzamelen (de focus ligt dus minder op interpretatie en kritische bronstudie).

Structuurbegrippen gebruiken: doordat in de vraagstelling bij de bronnen als voorbereiding op het interview en in het besluit begrippen als oorzaak en gevolg worden gebruikt, zijn ook structuurbegrippen van toepassing op deze les.